|
Beweging vijf
|
|
|
Nu ben ik bij de beweging van de lijnen die kruisen.
|
|
Het is hier dat het wiel van de kleur aan het draaien gaat.
|
|
|
En zoals de beweging is, zo toont zij zich:
|
|
de tekens die staan voor richting en zin
|
|
de ex, de im, zijn haar merken.
|
|
|
Inslag, sensatie
|
|
de beweging ontsnapt!
|
|
hortend en stotend komt zij op gang
|
|
op weg de puls achterna!
|
|
Tijd die zich vermeningvuldigt,
|
|
plaats die zich deelt.
|
|
In één keer is er tussentijd, tussenplaats |
|
waar een begin en een einde aan is.
|
|
|
Wat is dit voor incident
|
|
wat is er precies gebeurd?
|
|
|
Het is iets nieuws, iets heel anders
|
|
en dit is wat zich heeft afgespeeld:
|
|
|
In een beweging die heen gaat, die terug gaat
|
|
maar toch één kant op beweegt
|
|
keren de de tekens die staan voor stop, ga door
|
|
de hé, de hó zich binnenste buiten
|
|
en maken een reusachtige omtrek om de sensatie heen
|
|
die zich razendsnel, in een flits in een tel
|
|
splitst in zijn tekens van licht en zijn indruk.
|
|
|
Zij vallen van buiten naar binnen
|
|
de een na de ander precies in het midden
|
|
waar zij opening maken - of is het scherm? -
|
|
waar zij doorheen gaan of door worden opgevangen.
|
|
Eerst zijn het hé die afgaat en hó die op komt
|
|
die de plaats bewaken.
|
|
dan zijn het hé die op komt en hó die de afgaat
|
|
die aan weerszijden wachters zijn.
|
|
|
Raamwerk dat heen gaat, dat terug gaat
|
|
dat beweegt maar toch vast staat,
|
|
hof dat gesloten, gebied dat geheim is.
|
|
|
Bewegingspatroon
|
|
waar al wat verder bewegen wil
|
|
door heen moet gaan!
|
|
|