picture
picture
V o o r b l a d
o

Universiteit Groningen 1961 tot en met 1968
o

Dik/dun in de tijd
o

Binnen de Letteren Faculteit was de Universiteit net een Vrije Academie. Je kon makkelijk colleges volgen buiten je vakgebied. Zo heb ik naast Franse Taal en Letterkunde ook Middeleeuwse Geschiedenis en Kunstgeschiedenis gevolgd. Tegelijk was er een gebied dat gesloten bleef voor je, alles wat met techniek te maken had. Pas later zie je die beperking.

Het was die kennismaking met de periode 0 tot 1000, een heel millennium, die je een besef van tijd gaf. Het is een veel grotere brok, dan het brokje dat je later bij een specialisatie bestudeerde. In vergelijking daarmee voelde dat millenium 'dik' aan: de generaties die elkaar steeds maar opvolgden, steeds maar hun best deden het verworvene over te leveren. Een taal die in alle uithoeken van een groot rijk gesproken werd, maar toch langzaam maar zeker dood zou gaan. De grote godsdiensten die overelkaar heen schoven. De twisten die daarmee gepaard gingen. En de zielestrijd. Botten en botjes die wel of niet relikwiën werden. Verspreid over slagvelden of in gouden doosjes bewaard. De heiligen. Hun ogenschijnlijk levenloze botten die omdat ze delen van hun lichaamn waren, er toch een geheel van bleven dus toch actief, werkzaam waren, invloed hadden. Zelfs in klinkende munt konden worden omgezet.
De vele momenten van al die jaren kon je optellen. Op elk gering moment (denk in milliseconden) van dat millennium werd er geleefd, gedacht, beleefd. De tijd zelf kreeg een soort uitgebreidheid, volume. Je besefte de vernietigende kracht ervan. Maar ook zijn transformerend vermogen.
o

Wat heeft het voorgaande met mijn werk te maken? Je wilt dat de dimensie van de tijd in je werk mee telt, vorm geeft.
o

Ik trok dat idee van de 'dikte' van dat tijdsbestek en haar eindeloze hoeveelheid beleefde momenten door naar het actuele verschijnsel van de massaproductie van het 'plaatje'. De snapshots, de beeldmomenten, die bij elkaar opgeteld, als som, ook een soort dikte krijgen.. We worden met een onvoorstelbare hoeveelheid ervan geconfronteerd. En er door beinvloed. Elke week gaat er een 'millennium' aan plaatjes aan ons voorbij.

Die plaatjes of afbeeldingen dun als ze zijn, verspreiden zich niet alleen. Ze vormen, zoals asfalt, een alles bedekkende laag . Een laag die zich torenhoog op gaat stapelen. - of neerdalen tot op de diepste laag van de aarde - bijv tot op de bodem van een of andere archeologische site waar de aardlagen al naar gelang de periode verschillende kleuren hebben -. Op de bovenste of onderste laag zal niet zomaar een plaatje liggen maar de verbeelding ervan in zijn algemeenheid.
o

2014/15 Ingekort 2018

Het equivalent van die botten en botjes in onze tijd: het foto-beeld. Deel van ons, toch los.